Herinnering aan een geur
Het ruikt in de keuken lekker naar vers gebakken cake. De geur doet me denken aan zeer gelukkige jaren uit mijn jeugd logerend bij tante Minke in Gaasterland. Ze bakte op zaterdag steevast een cake in haar grote keukenoven met wit geëmailleerde deurtjes. De oven stookte ze warm met een paar bruine turven. Hoe ze het klaar speelde om precies de juiste temperatuur te krijgen voor het gebak is me na meer dan zeventig jaar nog steeds een raadsel. Met enkele vette papiertjes van gebruikte pakjes margarine bekleedde ze de langwerpige bakvorm, om de cake soepel uit de vorm te kunnen schudden als hij gaar was. Dan nam ze een dunne breinaald en prikte daarmee in het verse baksel om te controleren of het wel helemaal gaar was. Zat er geen deeg meer aan de naald, dan was het goed. Dat was ook het moment van alvast even proeven, samen aan de houten keukentafel. Als ik daar nu aan denk herken ik de zoete smaak weer in mijn mond en ervaar opnieuw de gezellige sfeer in die eenvoudige boerderij keuken.
De bakvorm is na al die jaren nog steeds dezelfde als zeventig jaar geleden, maar verder is er veel veranderd. Mijn eieren haal ik niet ’s morgens vers uit het kippenhok in een hoek op het erf, mijn oven werkt elektrisch en de temperatuur daarin blijft mooi constant. Een beetje paneermeel vervangt bij mij de vette papiertjes tegen de randen van de bakvorm.
Vandaag bak ik twee cakes tegelijk om een beetje energie te besparen, energie waar we tegenwoordig zuinig mee om moeten gaan vanwege de grote klimaatproblemen en de onzekerheid over gasvoorraden vanwege de oorlog in Oekraïne. Ook is de keuze voor het tweetal handig nu de feestdagen naderen en ik graag op zulke momenten mijn kinderen en kleinkinderen ontvang. Als ik de vormen in de oven heb geschoven, zie ik beide vormen door het raampje in de ovendeur mooi naast elkaar staan. Mooie room gele kleur hebben ze, denk ik en als ik dan het aanrecht overzie, waar de grote beslagkom nog een restje roomboterbeslag aan de randen vertoont kunnen mijn vingers daar soms moeilijk van afblijven. Ik zet de kookwekker op zestig minuten en ga dan van alles in huis doen en loop ook nog even door de achtertuin, waar de struiken al hun eerste voorjaarsgroen vertonen en het stralende wit van bloeiende hyacinten me altijd in een vrolijke stemming brengt. Als het belletje van de kookwekker gaat, besef ik, dat de tijd wel erg snel gaat als je zo bezig bent.
Ik haal de cakes uit de oven en laat ze even afkoelen in de vorm, maar als ik ze op de zijkant leg, zakken ze vreemd genoeg een beetje in elkaar. Hoe kan dat nou? Zouden ze niet helemaal gaar zijn? Toch nog maar een kwartiertje er bij doen, denk ik en plaats de vormen weer in de oven. Ook dat kwartier vliegt om. Het baksel blijkt ook dan echter bij het proeven niet helemaal gaar. Ik merk het ook heel duidelijk aan het gebaar van mijn man, die het gebakschoteltje iets van zich wegschuift. De binnenkant is plakkerig week. Hoe kan dit ? Het is beslist niet de eerste keer dat ik een cake bak. Ik bedenk allerlei redenen die de oorzaak zouden kunnen zijn voor deze mislukking. Opnieuw ga ik alle handelingen na en weet toch zeker dat ik niets fout heb gedaan. Ik controleer de beide cakes nog eens uitvoerig en snij de zijkanten, die er toch wel goed uitzien, er voorzichtig af, maar besef, dat ik zoiets niet aan mijn gasten kan voorzetten. Mijn besluit is genomen: ik moet het opnieuw doen.
Met de beide baksels loop ik door de tuin naar de grote, groene compostbak. Ik til het ronde deksel een beetje op en laat het resultaat van enkele uren werk en energie op de aardappelschillen en het groenteafval glijden, waar allerlei vliegjes en torretjes zich op deze bijzondere buit storten. Dan schuif ik het deksel met een teleurstellend gebaar weer dicht. Ondertussen denk ik aan het verknoeien van al die ingrediënten en de energie die het heeft gekost, maar het heeft geen zin. Natuurlijk weet ik ook van de breinaald, die je even in de cake moet steken om te zien of hij gaar is, maar met zulke moderne ovens en mijn bakervaring door de jaren heen was die breinaald nooit meer nodig. Eerlijk gezegd ligt er in mijn keuken helemaal geen breinaald meer.
Ik pak het laatste pakje roomboter uit de koelkast, weeg meel en suiker nog eens af, maar besluit er deze keer voor de zekerheid maar eentje te maken. Als het ritueel weer afgewerkt is en de oven op temperatuur, het bakblik in het midden is geschoven, zet ik de kookwekker weer op een uur. Mijn aandacht is vandaag na de mislukking extra scherp en dus kijk ik voor de zekerheid ook op de kamerklok. Ik blijf in de buurt en als het belletje rinkelt blijkt er op de klok nog maar een half uur verstreken te zijn. Dat is het dus. De kookwekker is kapot. Dat was dus de oorzaak van het probleem. Ik laat de cake nu lekker doorgaren en als hij na zestig minuten bijna over de rand van het blik is gerezen weet ik zeker dat alles weer klopt en kan ik met een gerust hart de komende dagen tegemoet zien.