facebook

Een vreemd ei in de doos

Voorzichtig til ik het deksel van de houten kist omhoog. Hij staat in de berm van een landweggetje bij een boerderij. Er staat een bordje bij: “verse eieren te koop”. Omdat er soms ook zelfgemaakte karnemelk of van die lekkere chutneys in de kist geplaatst worden, kan ik mijn nieuwsgierigheid niet bedwingen. Teleurgesteld ontdek ik, dat de kist helemaal leeg is. Als ik terugloop naar mijn fiets, hoor ik iemand roepen: “Kom je eieren halen?” Ik kijk in de richting van de boerderij en zie de boer uit een schuur komen. “Ik haal wel even een doos”. Hij loopt meteen een houten hok binnen, waarna hij terugkomt met een grote doos eieren.

Omdat ik alleen uit nieuwsgierigheid in de kist keek, Voel ik me nu wat ongemakkelijk met die doos in mijn handen. Ik heb namelijk geen geld bij me om die eieren te kunnen betalen. “Geeft niet hoor, dat geld kom je later maar eens brengen. Ik hoef er niet van te leven”.  We raken in gesprek over werk en hobby en kijken ondertussen naar zijn vele kippenrennen, waar meerdere soorten hoenders op hun eigen plekje, lekker rondscharrelen en soms fladderend of in het zand liggend, zich vermaken. Enthousiast vertelt de wat oudere man over zijn kippenhobby. De verveloze houten klompen aan zijn voeten verraden een zuinig karakter, maar uit zijn stem en zijn verhalen spreekt een heldere geest. Ik raak geboeid door zijn manier van vertellen.

“Heb je wel eens een blauw ei gehad?”, vraagt hij. Een blauw ei, daar heb ik nog nooit van gehoord, behalve als je ze met Pasen bijvoorbeeld met blauwe verf behandelt. “Wacht, ik haal er wel even een” en met een wit ei dat hij uit mijn doos pakt, loopt hij naar het hok om het te ruilen. Even later stopt hij een prachtig lichtblauw gekleurd ei tussen de bruine en witte exemplaren in mijn doos. Hij wijst me op de speciale kip, die blauwe en soms lichtgroene eieren legt. Kijk, die met een kuif op zijn kop. Het is een Araucana, een speciale kippensoort die in Australië wordt gefokt. Dat deze kip de trots is van deze kippenboer blijkt wel uit het feit, dat hij anders dan de andere kippen de vrijheid krijgt om overal los rond te lopen op het erf van de boer.

Met de doos in mijn linkerhand stap ik daarna een beetje moeilijk weer op de fiets. Met alleen mijn rechterhand aan het stuur manoeuvreer ik over het fietspad terug naar huis, heel voorzichtig de doos met eieren tegen mee aandrukkend. Thuis bekijk ik het vreemd gekleurde ei dat tussen de soortgenoten ligt als een vreemde eend in de bijt. Het moet even wennen. Hoe zou het smaken, vraag ik me af en welke kleur heeft de binnenkant? Mijn nieuwsgierigheid op dat terrein moet ik nog even bedwingen, want ik wil het nog een poosje bewaren. Als ik uiteindelijk de dop eraf pel, nadat ik het ei heb gekookt, blijkt er een prachtig witte binnenkant tevoorschijn te komen. Het smaakt ook net zo lekker al andere eieren.

Het is volgens mij met dat blauwe ei net als met een nieuweling in een al bestaande groep mensen. Zoals ook de vreemdelingen die uit oorlogsgebieden ons land binnenkomen. Of hier asiel zoeken omdat ze om andere redenen in eigen land niet veilig zijn. In dit voor hen zo vreemde land is het voor hen ook even wennen. Misschien zien ze er aan de buitenkant anders uit dan ik, maar als ik ze leer kennen betekent dat ook acceptatie. De buitenkant van mensen is, net als bij dat ei, niet het belangrijkste. Het komt altijd aan op het innerlijk. Al zijn we daar soms verschillend in, we kunnen elkaar leren accepteren en soms zelfs leren om  van elkaars gezelschap te genieten.



Reacties zijn gesloten.