facebook

Die woorden vergeet ik niet

Het is ongeveer april 1945. Ik ben dan vijf jaar oud en speel met mijn iets oudere zusje in de kamer met een poppenhuis. Mijn ouders hebben dat tijdens de oorlogsjaren zelf gemaakt. De meubeltjes zijn uit triplex gezaagd en daarna donkergroen geverfd. Dat vind ik niet zo mooi, maar er was misschien geen andere verf. Het behang op de wanden is hetzelfde als in onze woonkamer. Er staat een echte schemerlamp die met veel vernuft is gefabriceerd en ook kan branden. Het is een prachtig poppenhuis met twee verdiepingen en een puntdak. Aan de wanden hangen zelfs schilderijtjes, maar ik hou niet van spelen met die stomme poppetjes en dat poppenhuis. Ik verveel me al snel, maar ander speelgoed hebben we niet. Ik ben graag  zelf creatief bezig met potloden of speel  nog liever buiten. Daar vind ik altijd wel iets om mezelf mee te vermaken.

Daarom ben ik ook zo blij als ik de stem van mijn moeder hoor. “Kom  vlug”, roept ze. “Kom vlug boven”. Ik laat dat vervelende poppenhuis zomaar in de steek en ren achter mijn zusje aan de trap op naar boven en ik vergeet helemaal alle treden te tellen, wat ik anders meestal wel doe. Natuurlijk is mijn zusje het eerste boven. Ze rent al door de open deur, die naar het platte dak van de keuken  leidt. Daar hangt mamma altijd de was te drogen, omdat de wind er daar  goed bij kan komen.  Maar vandaag hangt er geen wasgoed. Waarom moet ik boven komen, vraag ik me af, wat is er toch aan de hand? Ik ben toch zo nieuwsgierig.

Ik ben te klein

Mamma wijst in de verte. Achter ons huis beginnen de landerijen. We wonen aan de rand van de stad en heel in de verte ziet mamma iets, wat heel belangrijk is, maar ik ben te klein. Ik zie alleen maar groen gras en heel veel  slootjes en het dak van een boerderij.  Ook de buurvrouw staat op haar keukendak te kijken. Ze klap in haar handen en is erg blij. Ik kijk van de een naar de ander en begrijp niets van dit vreemde gedoe. Wat zien ze daar toch? Wat is daar in de verte? Dan hoor ik mijn moeder zeggen: “Kijk, kijk goed. Dit moet je je hele leven goed onthouden. Daar gaan de soldaten, ze vertrekken.”  Daar gaan de soldaten, maar ik zie ze niet. Ik ben te klein.

Veel later begrijp ik pas, wat het voor de vrouwen betekende. Ze zagen een grote colonne soldaten vertrekken.  Weliswaar niet naar het oosten, maar naar het westen. Vanaf de zuidkant van Leeuwarden kon je ze zien vertrekken over de smalle Boksumerdam naar het westen. Waarschijnlijk richting afsluitdijk. De oorlog was hier in het noorden nog niet voorbij. Een laatste verdediging restte nog. Die afsluitdijk was belangrijker dan onze stad. Dus vertrokken ze. Ik krijg de indruk dat het stilletjes ging, via een landweggetje. Ik weet nog steeds niet waarom ze die weg kozen.

Dit moet je onthouden

Wat ik nooit vergeten ben zijn de woorden van mijn moeder: “Dit moet je je hele leven onthouden”. Dat heb ik gedaan en ik zal die woorden  blijven onthouden. Omdat met deze stoet vertrekkende soldaten voor de vrouwen de vrijheid begon.  Omdat vrijheid zo belangrijk is. Heel voorzichtig durven ze te geloven, dat er een einde zal komen aan die lange periode van angst en zorgen.  Ieder jaar rond deze tijd vieren we de vrijheid. Ook dit jaar denk ik er over na, wat vrijheid voor mij inhoudt. Hoe belangrijk het is, dat ik kan kiezen waar ik mijn dagen mee vul, of ik binnen wil zitten of buiten wil zijn. Welke mensen ik wil ontmoeten,  wat ik wil schrijven en welk onderwerp ik kies om te schilderen. Waar ik naar toe reis en met wie ik wil praten.

Tot het laatste toe

Natuurlijk ben ik nu , tijdens de coronacrisis,  beperkt in mijn bewegingsvrijheden. Ik kan niet naar Frankrijk deze zomer, zie mijn kinderen  en kleinkinderen niet, mis mijn vrienden, mag niet in de apotheek komen, moet anderhalve meter afstand bewaren. Maar er blijft nog zoveel over om te kiezen.  Bijvoorbeeld of  ik schilder, schrijf, of lees. Of ik wandel of achter mijn windscherm zit in de zon, of bel met mijn kinderen.  En voor mij heel belangrijk: Ik kan besluiten positief te blijven denken.  Dat laatste is een vrijheid die niemand mij kan afnemen. Die vrijheid wil ik tot het laatste toe bewaren.



Reacties zijn gesloten.