aparte droom

Als ik ’s morgens wakker word, herinner ik me soms nog een stukje van een droom. Een huis waar ik binnen ga, een pad waarop ik loop, een plek om te parkeren, een regenbui of een persoon. Het kan van alles zijn. Ik hecht daar meestal geen betekenis aan. Maar deze laat me niet los. Ik moet er steeds maar aan denken. Ik zie het beeld ook heel duidelijk voor me, een grote oranje kano. Een opblaasbaar exemplaar van stevig en sterk materiaal. Wat ik wel vreemd vind: de zwarte peddels die er in liggen zijn een beetje klein in verhouding met de boot, maar ik stap er in.
Nu kan ik zelf van alles bij die kano verzinnen. Bijvoorbeeld waar ik heen vaar, waarom ik dat doe en met wie. Maar deze dingen zegt de droom niet. Ik weet alleen dat ik in die kano stap. Het thema houdt me bezig. Dagenlang ben ik er mee in de weer. Wat moet ik er mee? Wat wil dit zeggen? Is het belangrijk? Wat vertelt deze droom over mij? Of is het gewoon net als al die andere flarden van dromen niets van betekenis?
Ik besluit om mijn telefoon te raadplegen, die altijd ergens in mijn buurt ligt en zoek op internet naar dromen over een kano. Daar vind ik de volgende symbolen : Sereniteit, emotionele balans, vastberadenheid, zelfvertrouwen, onafhankelijkheid. Dat zijn allemaal mooie woorden, maar internet kent mij niet, weet niets van mijn innerlijke roerselen. Wat weet Google van de moeilijke periode die ik nu doormaak? Ik kan hier niets mee, al streelt het wel mijn ijdelheid, al die mooie woorden.
Opeens herinner ik mij een lezing over dromen. Dat zal wel haast vijfentwintig jaar geleden zijn geweest. Ergens op een boekenplank in mijn atelier moet dat kleine boekje nog staan, dat de spreker van destijds heeft geschreven en waarin hij zijn handtekening heeft gezet met grote robuuste letters: Roger Rundqvist. Als ik het smalle boekje met de titel creatief omgaan met dromen, open doe, zie ik de datum van toen staan: november 1999. Alsof het zo moest zijn. Precies een kwart eeuw is dat boekje in mijn bezit.
Op een van de eerste bladzijden legt de schrijver uit, dat dromen steeds aangeven, waar we ons op onze levensweg bevinden en dat dromen ons wijzen op nog niet ontdekte mogelijkheden, ons innerlijk potentieel tot verdere ontplooiing. Verderop lees ik, dat ze “boodschappers” zijn van een ruimere dimensie in ons, boodschappers die veel meer weten, inzicht en mogelijkheden bevatten dan wij vanuit ons dagbewustzijn ter beschikking hebben. Rundqvist ziet dromen als grote geschenken van het leven. Het zou heel mooi zijn als we goed leren luisteren naar onze dromen, zegt hij.
Met die boodschap van hem heb ik nog steeds geen echte antwoorden op de betekenis van mijn droom, maar al lezende in het kleine boekje, wordt het me duidelijk, dat de droom mij echt iets wil vertellen. Voorlopig ga ik ervan uit, dat ik juist die vastberadenheid en dat doorzettings vermogen heel erg nodig heb in deze tijd van langzaam afscheid nemen van mijn lieve man Karel. Als het even te zwaar lijkt, de ziekte zich heel duidelijk openbaart, weet ik dat ik kan vertrouwen op wat er in mijn diepste innerlijk aan kwaliteit ligt verborgen. Ik kan het aan.
Vol vertrouwen stap ik in die smalle kano en ga op weg. Ik weet niet waarheen, ken de toekomst niet, maar ik ga. Ik kan het, ondanks tranen, spanning, moeilijke uren en verdriet. De kleine peddels zullen veel stuurmanskunst vergen en misschien heb ik af en toe wel hulp nodig. Maar ook daar vertrouw ik op, omdat er zoveel lieve mensen om ons heen zijn. Ik ga op weg naar een onbekende toekomst, maar ik weet dat ik vol vertrouwen kan gaan.